Water is boeiend van aard; het is onmisbaar, uitermate krachtig, voortdurend, geduldig maar tegelijkertijd ook uitermate gevoelig. Zijn rol in het behoud van gezondheid en leven is onmiskenbaar; het maakt de biochemische en fysiologische processen mogelijk. Water is krachtig vanwege zijn veelzijdige karakter en het vermogen om in de natuur opbouw en afbraak direct en op termijn te bewerkstelligen. Suriname is een van de weinige landen die zoetwater in overmaat herbergt. Maar er zijn risico’s.
Water is ook heel gevoelig omdat het vanwege zijn mobiliteit, variërende toegankelijkheid en respectieve kwaliteitsvereisten ook schaars en kostbaar is. Water speelt een uitermate belangrijke rol in het welzijn van alle leven op aarde. Zowel mens, dier als plant, de ecosystemen en de biodiversiteit als geheel hangen af van de beschikbaarheid van voldoende water van de juiste kwaliteit.
Deze cruciale noodzaak staat als een paal boven water, maar water kan onder bepaalde omstandigheden ook een bedreiging vormen voor het leven. In een gezegend land als Suriname moeten we ons bewust zijn van de kracht van water; zowel de voordelen, het belang, de potentie, maar ook de risico’s die water kan etaleren. We moeten op alle niveaus op verantwoorde manier omgaan met deze uitermate belangrijke hulpbron.
Noodzakelijke Schakel
De beschikbaarheid van gezond drinkwater is een noodzakelijke schakel voor het leven. Niet alleen drinkwater, maar ook water dat dient voor de persoonlijke hygiëne en bij de bereiding van voeding, moet in voldoende mate aanwezig zijn en voldoen aan bepaalde veiligheidsvereisten. In aanzienlijke mate is het gebrek aan hygiënisch verantwoord water verantwoordelijk voor ziekte en sterfte wereldwijd.
Schoon zoetwater (fresh water) is echter in toenemende mate internationaal een schaars goed; van al het water op aarde is 97 procent ondrinkbaar zoutwater in de oceanen en slechts ongeveer 3 procent bestaat uit zoetwater. Het overgrote deel hiervan is in bevroren toestand waardoor uiteindelijk maar 0,5 procent aanwezig is in aquifers (watervoerende lagen), neerslag, meren, reservoirs en rivieren.
Suriname is een van de weinige landen die zoetwater in overmaat herbergt. Kwalitatief water moet gegarandeerd zijn, omdat het onder andere in de industrie en preventieve gezondheidszorg onmisbaar is. Een ‘Geïntegreerd Waterbeheersysteem voor Suriname’ is hierbij cruciaal om een nationaal samenhangend waterbeleid mogelijk maken. Suriname bezit 228.000 m3 per hoofd hernieuwbare zoetwatervoorraden met een gemiddelde jaarlijkse neerslag van 2.200 mm; deze hoeveelheden komen voor in de grotere bron- en regenrivieren en de zoetwaterzwampen.
In sommige Zuid-Amerikaanse landen alsook op eilanden in de Caribische regio heeft men reeds decennialang tekorten aan oppervlaktewater. Dit biedt een humanitair en economisch voordeel waaraan vanuit Suriname invulling kan worden gegeven. De waterkwaliteit moet gecertificeerd worden naar internationale normen, terwijl de impact van grootschalige onttrekking van hoeveelheden water uit de Surinaamse natuurreservoirs kan worden beraamd en naar duurzaamheid ingeschat.
Het beleid op dit vlak zal evidence based moeten geschieden; op basis van het meten van de waterkwaliteit en het vaststellen van parametergrenzen in relatie tot gebruiksgeschiktheid, alsmede het voorkomen, monitoren en herstellen van potentiële verontreiniging.
Internationale conflicten
Tegelijkertijd komt het bezit van grote hoeveelheden kostbaar, hoge kwaliteit water, met een risico dat nog onvoldoende doordringt bij vele burgers en beleidsmakers. Spoedig zal schoon water vanwege zijn levensbelang en toenemende schaarste tot internationale conflicten kunnen leiden, waarbij oorlogen over water niet ondenkbaar zijn. Oorlogen hebben historisch gezien gewoed over aardolie; water zal in de toekomst als natuurlijke hulpbron minstens even begeerd blijken.
Water is, vanwege bovenstaand, een van de belangrijkste hulpbronnen van Suriname. De kwaliteit van zowel bodem- als oppervlaktewater dient te worden veiliggesteld en dient nauw te worden gemonitord. Hierbij is het in kaart brengen van de bestaande en de planning van nieuwe watervoorraden, het doen van base line studies en het monitoren van kwalitatieve en kwantitatieve parameters van uiterst belang. De verontreiniging van Surinames watervoorraden is een van de meest dreigende vraagstukken in het ontwikkelingsproces: hier is de vervuiling van waterwegen, zoals rivieren en kreken, vaak door illegale productieactiviteiten, zoals goudwinning, aan de orde.
De Surinaamse bodem bevat grote goudvoorraden. Enkele multinationals zijn grootschalig actief, terwijl ook de midden- en de kleinschalige goudsectoren een aanzienlijke bijdrage leveren. Ruim 66 procent van het goud wordt door de midden- en kleinschalige goudwinning gewonnen. Goud is thans een van onze belangrijkste exportproducten; echter is de schade aan het milieu aanzienlijk. De grootschalige bedrijven gebruiken over het algemeen cyanide en de kleinschalige kwik; beide zijn aanzienlijk nadelig voor de milieugezondheid.
Desastreuze activiteiten
Recentelijk hebben we kennis genomen van vermeende cyanidecalamiteiten in ons milieu. Om een overzicht te krijgen van deze activiteiten, dient er forensisch reconstructieonderzoek plaats te vinden; incidentele bemonstering biedt geen afdoend beeld van de desastreuze activiteiten en een gedoogd beleid verergerd de situatie en vergroot het desastreus risico. Cyanide is uitermate giftig en kan alleen onder strikte voorwaarden op verantwoorde manier worden gebruikt.
Kwik, daarentegen, wordt traditioneel gebruikt in de kleinschalige goudwinning; dit gebeurt echter ook op onverantwoorde manier. Kwik is een metaal dat bij kamertemperatuur vloeibaar is en tevens verdampt. Wanneer kwik verdampt, komt deze damp in de atmosfeer terecht. Dat gebeurt ook bij verstoring van de aardbodem zoals bij ontbossing, mijnbouw en gereedmaken voor agrarische doeleinden.
In de atmosfeer kan het langere tijd blijven en worden meegenomen door de windstromingen; echter, wanneer het polair of wateroplosbare vormen aanneemt, dan komt het terug op aarde met de neerslag zoals regenval. Het polaire kwik komt dan via het oppervlaktewater in kreken en zwampen terecht waar het door kleine plantjes wordt omgezet in organisch kwik of methylkwik. Deze vorm van kwik is een neurotoxine (giftig voor het zenuwstelsel) en teratogeen (schadelijk voor ongeboren kind).
Kleine visjes eten de plantjes, zoals plankton, beladen met methylkwik op; als onderdeel van de roofviscyclus worden kleine visjes gegeten door grotere, die op hun beurt ten prooi vallen van grotere roofvissen. Het kwik bio-accumuleert (stapelt zich op) in het lichaam van de vissen en komt uiteindelijk op ons bord terecht. Hierdoor lopen wij als consument gevaar het neurotoxine in ons lichaam te krijgen, hetgeen het zenuwstelsel aantast.
Kwik is tevens een teratogeen, en zijn geboorteafwijkingen en cognitieve storingen zoals achterlijkheid een mogelijk gevolg bij de volgende generaties van hen die vergiftigd raken. Overeenkomstig het Minamataverdrag dient het gebruik van kwik bij de goudwinning te worden afgebouwd en alternatieve wijzen dienen te worden geïntroduceerd.
‘Dode rivieren’
Verder is het belangrijk om uitgemijnde gebieden zo spoedig mogelijk te helpen herstellen. Dit is niet altijd makkelijk, omdat bij deze wijzen van mijnbouw er enorm vertroebeling plaatsvindt van waterwegen. Door erge vertroebeling komen het leven en de ecosystemen in aangetaste rivieren in gevaar, men spreekt dan ook van ‘dode rivieren’.
De chemische uitstoot als gevolg van industriële activiteiten en de verschillende soorten afval die onverantwoord worden geborgen, kunnen bijzonder schadelijk zijn voor het milieu. Maar ook voor de gezondheid van flora en fauna, ecosystemen, de mens en het behoud van de biodiversiteit. Het is daarom zinvol om een onderscheid te maken tussen de chemische uitstoot en het type afval en waar het vandaan komt.
Afvalscheiding en analyse zijn dan ook noodzakelijk om op verantwoorde manier met deze problematiek om te gaan. Onderzoek naar de kwalitatieve en kwantitatieve uitstoot, risicobeheersing van de omstandigheden en forensische reconstructie om een mogelijk herstelplan voor de situatie in kaart te brengen zijn noodzakelijk.
Suriname heeft een historie van ruim 40 jaar in de aardolie-industrie. Suriname beschikt tevens over offshore voorraden die bij goed bestuur, grote voordelen bieden. Het boren naar olie gaat soms echter gepaard met het doorboren van de aquifers, waardoor het risico op verontreiniging van deze kostbare waterbronnen wellicht kan plaatsvinden; de schade is wat dat betreft groter bij de non-rechargeable oftewel confined aquifers.
In kaart brengen
We moeten er als natie meer dan ooit voor waken dat de milieugezondheid gewaarborgd blijft, milieurisico’s goed in kaart worden gebracht en de aansprakelijkheid bij de multinationals wordt gelegd, er continu door onafhankelijke wetenschappelijke instanties gemonitord wordt en de nodige veiligheids- en voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
Binnen de context van climate change zijn er enkele gevaren die water gerelateerd zijn. Bij grote hitte, onder andere gedreven door antropogene (menselijke) activiteiten, industriële activiteiten en het historisch gebruik van fossiele brandstoffen en het broeikaseffect in de atmosfeer, zal water in extreme hoeveelheden smelten en ook verdampen.
Bij overmatige ontbossing en gebrek aan vegetatie wordt hiermee sponswerking ontnomen en treedt er overmatige verdamping op, waardoor de grondwaterspiegel en irrigatie van planten er onder te lijden hebben. Tegelijkertijd zorgt overtollig oppervlaktewater bij gebrek aan vegetatie voor extreme erosie.
De afwezigheid van voldoende water kan leiden tot extreme droogte, bosbranden en vernietiging van leven, ecosystemen, biodiversiteit en infrastructuur. Water kan dus binnen het kader van klimaat verandering zorgdragen voor extreme weersevenementen die vaak onvoorspelbaar en desastreus van karakter zijn.
Behalve extreme neerslag, waarbij in korte tijd grote hoeveelheden regen valt, kennen we ook zeespiegelstijging die een bedreiging vormt. Een van de bijkomstigheden van zeespiegelstijging is het binnendringen van zoutwater dat verzilting tot gevolg heeft; verzilting kan negatieve effecten hebben op vruchtbare bodems en op zoetwaterbronnen die daardoor voor langere tijd onbruikbaar worden.
Overstromingen gaan soms gepaard met verdrinkingsgevaar en vaak met zowel fysieke schade aan haven en goed als met het vrijkomen van ziektekiemen. Bij ziektekiemen kunnen we denken aan overspoeling en verontreiniging vanuit septictanks, rioleringen, vuilstortplaatsen, ziekenhuizen, begraafplaatsen en chemische opslaggebieden. Er kan ook gedacht worden aan het ontstaan van haarden van ongedierte en dragers van ziekten. Het ontstaan van ideale condities voor nieuwe varianten van pathogenen die bijvoorbeeld als gevolg van mutaties en ideale condities van vocht en warmte gebruiken om te floreren.
Extreme overstromingen kunnen ontstaan bij tsunami’s, die een direct gevolg kunnen zijn van onderaardse bevingen. De tektonische platen van gigantische ondergrondse gesteenten wrijven langs elkaar heen en veroorzaken aardschokken. Bij zo een beving wordt het water in de oceanen verstoord en de golven die daarbij ontstaan, lopen in een enorme watermuur aan land, alles op hun pad verwoestend.
Het zoute oceaanwater dringt op zo een wijze wel kilometers landinwaarts en draagt zorg voor verzilting van vruchtbare grond en contaminatie van zoetwaterbronnen; vooral onder de Surinaamse condities gekenmerkt door een vlakke, lage bewoonde en vruchtbare kustvlakte die veel zoetwater herbergt in de vorm van moerassen, zwampen, kreken, kanalen, rivieren en aquifers, kan zo een voorval funest zijn.
Prof. dr. Christiaan Max Huisden is hoogleraar aan de Anton de Kom Universiteit van Suriname, leerstoel Milieuwetenschappen. Hij is tevens voorzitter van het Waterforum Suriname, Suriname Alliance for the Environment en het Wetenschappelijk Bureau A20.